Zippin' up my boots... - Reisverslag uit Batavia, Indonesië van Jeanne-Marie Croix - WaarBenJij.nu Zippin' up my boots... - Reisverslag uit Batavia, Indonesië van Jeanne-Marie Croix - WaarBenJij.nu

Zippin' up my boots...

Door: Jeanne-Marie

Blijf op de hoogte en volg Jeanne-Marie

23 Februari 2011 | Indonesië, Batavia

I’m going back to my roots, yeah! Dat zit namelijk zo. Mijn ouders zijn allebei Indo en hebben dus zowel Nederlands als (Nederlands-)Indonesische voorouders. Ze zijn beiden op Java geboren, mijn vader in Semarang en mijn moeder in Surabaya. In Surabaya ben ik nog niet geweest, maar dat staat voor de komende maanden wel op de planning. Dan moet alleen die Bromo-vulkaan wel een beetje rustig doen, anders is het eng. Maar goed; op donderdag 3 februari vlogen wij vanwege een lang weekend naar Semarang. Daar is mijn vader geboren in het St. Elisabeth ziekenhuis, nu het rumah sakit St. Elisabeth. En naast het ziekenhuis loopt de Wilisweg (oftewel de Jalan Wilis), waar hij op nummer 12 een aantal jaren heeft gewoond. Het woonhuis is volgens zijn zeggen enorm verbouwd en het is ook geen woonhuis meer, volgens een meneer uit de straat is het tegenwoordig een bouwbedrijf. En toch vond ik het erg leuk om te zien waar zoveel jaren geleden mijn opa en oma met hun twee kleine zoontjes hebben gewoond.

We begonnen in Semarang met een lunch bij Toko Oen. Toko Oen is het oudste restaurant van Indonesië dat nog in handen is van het oorspronkelijke familiebedrijf (www.tokooen.com), begonnen in 1910. Nederlands sprekende bediening en heerlijke hapjes zorgden voor een perfecte kennismaking met deze stad. Vervolgens gingen wij naar het station, waar de opa van mijn vader (de vader van mijn opa dus, volgen jullie het nog?) stationshoofd is geweest. We vertelden dit aan onze gids en kregen gelijk een uitgebreide rondleiding. Ook de kamer van het huidige ‘Kepala Stasiun’ (hoofd van het station) mochten we betreden, waar nog gewerkt werd met een ouderwetse typemachine (uit de tijd van mijn overgrootvader? Zal wel niet he...). Vervolgens hebben we Semarang verkend per becak (zo’n fiets met een bak voorop waar je in kan zitten). Becaks zijn verboden in Jakarta vanwege het drukke verkeer, dus ook voor ons is dat een leuke, toeristische attractie. Fantastische stad vonden wij Semarang, met veel koloniale (helaas vervallen) gebouwen, leuke wegen, niet te druk, aardige mensen. Het oude postkantoor, de kerk, een oude schouwburg, Chinese tempel, alles was mooi om te bekijken.

‘s Avonds zijn wij naar hotel Kayu Arum in Salatiga gereden, een lounge en spa hotel waar mijn schoonouders, moeder en zus ook allemaal al een keer gelogeerd hebben. Van daaruit zijn we de volgende morgen naar Gedong Songo gereden, een vijftal Hindoeïstische tempels in de bergen. Je kunt er paarden huren om de redelijk heuvelachtige wandeling van ongeveer 1,5 uur te maken; met die luie meisjes van ons geen slecht idee. Maar die durven natuurlijk niet alleen op een paard, dus wij er ook bij (achter)op. En toen ging het gelijk STEIL omhoog op een soort betegelde trap, terwijl paarden liever niet op tegels lopen, natuurlijk. Ik voelde dat het zadel niet erg goed vast zat (hing dan weer schuin naar links, dan weer naar rechts) en was bang dat het paard uit zou glijden. Ben er dus gelijk vanaf gegaan, maar moest er wel naast blijven lopen van Julie. Wist niet dat het gelijk de steilste klim zou worden van zo’n 20 minuten, in paardentempo (die lopen hard!). Roger dacht –amehoela- en bleef stoïcijns op het paard achter Cato zitten en stapte boven pas af. Afijn, het was wel prachtig daar, zag ik nadat ik uitgehijgd was. De rest was prima te lopen (heerlijke wandeling zelfs) langs alle tempeltjes die gewijd zijn aan de god Shiva. Onze timing was perfect, want beneden aangekomen was het hele gebied volgetrokken met pikdonkere wolken en begon het meteen te regenen. Gauw in de auto en door naar Ambarawa, waar een spoorwegmuseum is gevestigd, met veel oude locomotieven. De kinderen mochten overal op klimmen, dus dat kwam goed uit. Van daaruit met een ‘lorrie’ (klein open treintje) naar Tuntang gereden, waar onze sjoof alweer stond te wachten. Door naar Tlogo, een koffie- en rubberplantage. Interessant om te zien, die rubberbomen waar schuine snedes in worden gemaakt, zodat de vloeibare rubber zo in een bakje loopt. Als je je vinger erin doopt, voelt het heel plakkerig. Op Indonesisch ambachtelijke wijze wordt de rubber verwerkt (alles nog met houtkachels, zelfgebouwde buizen etc.) en verhandeld. De rondleiding door de koffieplantage was een beetje teveel van het goede voor de meisjes en hebben we wat ingekort, waarna we terug konden naar het hotel en allemaal van een heerlijke massage hebben genoten (ja, de meiden ook hoor!).

Op zaterdag gingen we ‘s morgens naar de kraton van Solo, het paleis van de sultan. Mijn oma (de moeder van mijn moeder) stamt daar weer van af (een zus van haar is nog bij de familie van de sultan begraven), dus ook hier was het ‘back to my roots’. Maar dat had iedereen natuurlijk allang vermoed; dat Petri en ik blauw bloed hebben en eigenlijk prinsessen zijn... Niks aan gelogen hoor! Alleen jammer dat de sultans tegenwoordig vrijwel al hun invloed zijn kwijtgeraakt. Afijn, in Solo zijn twee paleizen: een grote (Kraton Hadiningrat) en een kleine (Pura Mangkunegaran). We begonnen bij de grootste, die in 1745 werd gebouwd door de susuhunan, de oudste tak van de vorstenfamilie. En aangezien de moeder van mijn oma in een koets van de kraton is getrouwd, hebben we onder andere de vijf koetsen van de kraton goed bekeken. Vervolgens hebben we een andhong trip (paardenkoets, maar niet van de kraton hoor) gemaakt door de rijstvelden en kampungs rondom Solo. Een prachtige en erg leuke trip, waarbij we een kroepoekbakkerij, gongmakerij, alcoholstokerij en tempehbakkerij hebben aangedaan. Eind van de middag door naar Yogjakarta, waar de kinderen genoten hebben van de grote glijbaan in het Hyatt. ‘s Avonds naar de Ramayana voorstelling, een Indonesische dansvoorstelling met levende wayang-poppen. Een liefdesverhaal over Rama en Sita dat de kinderen tot 21.30 uur zonder klagen hebben uitgezeten. Zondag de hele ochtend in het zwembad doorgebracht, door naar het vliegveld en terug naar Jakarta. En wat is midden-Java prachtig!!

Na dit heerlijke lange weekend, was maandag de Assembly van Julie’s klas, met als thema ‘Celebrations’. Alle kinderen beeldden een feestdag uit en de ouders in de zaal moesten raden wat (rara wat beeldde Julie uit? Zie foto’s). Toen begon voor Roger het reizen door de regio van zijn nieuwe functie, om overal kennis te maken en zaken door te spreken. De eerste week Bangkok/Thailand, vorige week Taipei/Taiwan (waarbij hij er even niet op had gerekend dat het daar nu 10 graden is, haha) en deze week zit hij in Manilla/Philipijnen. Gelukkig vliegt de tijd en is hij in de weekenden lekker thuis. Morgenavond komt Guido Weijers (die ietwat loensende cabaretier) hier optreden, dus daar hebben we zin in. In de week van 21 maart hebben we twee weken vakantie en gaan we een paar dagen naar Singapore om huizen, Hollandse school etc. te bekijken. De week erna moet Roger naar Barcelona en ga ik dus maar uit pure nood (je moet toch wat) met vier vriendinnen + kids naar Bali (Seminyak).

Keep you posted!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Jeanne-Marie

Actief sinds 12 Juni 2006
Verslag gelezen: 1317
Totaal aantal bezoekers 296666

Voorgaande reizen:

01 Januari 2014 - 31 December 2014

Cascais Portugal 2014

01 Januari 2013 - 01 Januari 2014

Cascais Portugal 2013

06 Februari 2007 - 26 April 2007

Australie en Nieuw-Zeeland 2007

24 Februari 2009 - 30 November -0001

Jakarta 2009

01 Januari 2010 - 30 November -0001

Jakarta 2010

01 Januari 2011 - 30 November -0001

Jakarta / Singapore 2011

01 Januari 2012 - 30 November -0001

Singapore / Portugal 2012

Landen bezocht: